Definición y significado de DINERO

dinero (n.)

monetair systeem, munten, muntgeld, muntstelsel, monetair stelsel, geld, poen, geldspecie, metaalgeld, muntspecie, muntteken, specie, wisselgeld, kleingeld, aanmunting, gelden, duiten, pecunia, pegulanten, ping, ping-ping, pingping, centen, financiën, geldmiddelen, middel, middelen, thesaurie, vermogen

cantidad de dinero (n.)

bedrag, geldbedrag, geldsom, som, somma

carecer de dinero (v.)

geen geld meer hebben

depositar dinero en el banco (v.)

geld op de bank zetten

derroche de dinero (n.)

geldverkwisting, geldverspilling, miskoop

dinero contante (n.)

contanten, contant geld, fonds, geldmiddelen, gepast geld, kontanten, kontant geld, staatspapier

dinero de bolsillo (n.)

zakcentje, zakgeld

dinero de San Pedro (n.)

Sint-Pieterspenning

dinero efectivo (n.)

contanten, contant geld, fonds, geldmiddelen, gepast geld, kontanten, kontant geld, staatspapier

dinero por callar (n.)

omkoopsom, smeergeld, steekgeld, steekpenning, steekpenningen, zwijggeld

escasez de dinero (n.)

geldgebrek

falta de dinero (n.)

geldgebrek

fuente de dinero (n.)

geldbron

ingresar dinero en el banco (v.)

geld op de bank zetten

no tener dinero (v.)

geen geld meer hebben

poner dinero encima (v.)

erbij inschieten, erop toeleggen, inboeten

préstamo de dinero (n.)

feodaliteit, geldlening, leen, lening, ontlening, staatsfonds, staatslening

saca de dinero (n.)

beurs, geldzak

sacarle dinero (v.)

afdwingen, ontwringen, uitwringen

tener bastante dinero (v.)

kunnen betalen, zich kunnen permitteren, zich kunnen veroorloven

tener poco dinero (v.)

geen rooie cent hebben  (gemeenzaam), het niet breed hebben

Dinero

Geld