Publicitad D▼
ingresar (v.)
deponeren, op de bank zetten, storten, op een rekening storten, gireren, overboeken, overschrijven, transfereren, afdragen, bijboeken, bijschrijven, crediteren
ingresar dinero en el banco (v.)
ingresar en (v.)
aaneenschrijven, aansluiten, binnentreden, instappen, intreden in, toetreden, toetreden tot, voegen, zich aansluiten bij
Publicidad ▼
Ver también
ingresar (v. trans.)
↘ cuentacorrentista, depositador, depositante, fiador, pago ↗ depósito, ingreso ≠ cobrar, quitar, retirar, sacar
ingresar (v.)
↗ crédito, haber, saldo acreedor ≠ adeudar, cargar en cuenta, debitar
ingresar (v.)
inscrire (fr)[Classe]
comptabilité (fr)[DomaineCollocation]
ingresar (v. tr.)
mettre (qqch) en lieu sûr (fr)[ClasseHyper.]
depositar dinero en el banco; ingresar dinero en el banco[Classe]
dar, regalar[Hyper.]
depósito, ingreso[GenV+comp]
amontonamiento, banca, ladeo, peralte - banco - banco - cuentacorrentista, depositador, depositante, fiador - bankable (en)[Dérivé]
ingresar (v. tr.)
Publicidad ▼
Contenido de sensagent
computado en 0,047s