Publicitad E▼
abandonneren (v.)
afschaffen, afstaan, afzweren, bezwijken voor, bijdraaien, bijtrekken, de moed laten zakken, de moed opgeven, in de steek laten, laten vallen, loslaten, meegeven, neerleggen, opdoeken, opgeven, opheffen, ophouden, ophouden met, opzeggen, prijsgeven, renonceren, stoppen met, supprimeren, tegemoetkomen aan, toegeven aan, uitval, verlaten, weggaan, wijken voor, zwichten voor, oiphouden (transitif indirect : de), uitvallen (sport)
Publicidad ▼
Ver también
abandonneren (v.)
↘ het opgeven, het staken ≠ aanhouden, bestendigen, blijven, consolideren, continueren, doorbijten, doordouwen, doorgaan, doorlopen, doorzetten, gecontinueerd, hooghouden, houden, in ere houden, lopen, meedelen, stabiliseren, standhouden, uitzingen, vervolgen, volhouden, voortbouwen, voortduren, voortgaan, voortgezet, voortzetten
abandonneren (v.)
abandonneren (v.)
abandonneren (v.)
cesser de faire qqch (fr)[Classe]
abandonneren (v.)
gehoorzamen[Classe]
se rendre à un ennemi (fr)[Classe]
accepter finalement, de mauvaise grâce (fr)[Classe]
avoir peur (fr)[Classe]
échouer (ne pas réussir) (fr)[Classe]
Publicidad ▼
Contenido de sensagent
computado en 0,032s