Publicitad E▼
achternalopen (v. trans.)
aangaan achter, achternagaan, achternarijden, achterna zitten, achtervolgen, dekken, het spoor volgen van, opdrijven, schaduwen, volgen
Publicidad ▼
Ver también
achternalopen (v. trans.)
↘ achtervolger, achtervolging, achtervolgster, belaagster, belager, ciseleerder, ciseleur, duikbootjager, jacht, metaalgraveur, najagen, onderzeebootjager, steepler, vervolger, volgend, volgende
achternalopen
achternalopen
achternalopen (v. tr.)
achternagaan; achternalopen; achternarijden; volgen[ClasseHyper.]
opdrijven; achtervolgen; aangaan achter[ClasseHyper.]
(achterzijde; achterste; achtereind; achterstuk; achterkant; achterdeel; rug; rugzijde)[Caract.]
bewegen, doorreizen, gaan, koersen, tijgen, voortbewegen - achternarijden, nakomen, narijden, volgen[Hyper.]
achtervolging, jacht, najagen - follower (en) - achtervolger, achtervolgster, belaagster, belager, ciseleerder, ciseleur, duikbootjager, metaalgraveur, onderzeebootjager, steepler, vervolger[Dérivé]
follow, surveil, survey (en)[Domaine]
achternalopen (v. tr.)
attach (en)[Hyper.]
Publicidad ▼
Contenido de sensagent
computado en 0,031s