Publicitad R▼
amuseren
amuseren (v.)
amuseren (v. trans.)
aangenaam bezighouden, afleiden, afleiding bezorgen, bekoren, diverteren, entertainen, onderhouden, ontspanning bezorgen, verlustigen, vermaken, vermeien, verstrooien
Publicidad ▼
Ver también
amuseren (n.)
↗ aangenaam bezighouden, afleiden, afleiding bezorgen, bekoren, diverteren, entertainen, onderhouden, ontspanning bezorgen, verlustigen, vermaken, vermeien, verstrooien
amuseren (v. trans.)
↘ afleiding, amusement, entertainment, grappig, het amuseren, het onthalen, kijkgenot, komisch, lachwekkend, ontspanning, vermaak, vermakelijk, vermakelijkheid, vertier
Publicidad ▼
amuseren (n.)
plaisir de la fête (fr)[Classe]
viering; vreugdefeest[Classe]
amuseren (v.)
amuseren (v. tr.)
faire rire (fr)[Classe]
faire passer le temps agréablement (fr)[ClasseHyper.]
amuseren, diverteren, entertainen, onderhouden, vermaken, verstrooien[Hyper.]
afleiding, dolce far niente, ontspanning, recreatie, rekreatie, relaxatie, verpozing, verstrooiing, vrijetijdsbesteding - amusement, entertainment, het amuseren, het onthalen, kijkgenot, vermaak, vertier - vermakelijk[Dérivé]
amuseren (v. tr.)
Contenido de sensagent
computado en 0,250s