Publicitad E▼
overlaten
overlaten (v.)
Publicidad ▼
overlaten (v.)
overlaten (v.)
creperen, de pijp uitgaan, expireren, heengaan, het loodje leggen, het tijdelijke met het eeuwige verwisselen, inslapen, insluimeren, kapotgaan, kreperen, om het leven komen, omkomen, ontslapen, overlijden, peigeren, teloorgaan, tenietgaan, uitsterven, verrekken, verscheiden, versmachten - achterlaten, laten - achterlaten, laten, legateren, legeren, nalaten, vermaken[Domaine]
overlaten (v.)
se laisser aller à la détente (fr)[ClasseParExt.]
se laisser aller à, s'adonner à une activité (fr)[ClasseHyper.]
pratiquer (une activité) (prop. courante) (fr)[ClasseParExt.]
se laisser faire (fr)[Classe]
(drank; brouwsel; drinken; het drinken), (opdrinken; uitdrinken)[termes liés]
désespoir (fr)[DomaineCollocation]
passion (fr)[DomaineCollocation]
débauche (fr)[DomaineCollocation]
plaisir (fr)[DomaineCollocation]
Publicidad ▼
Contenido de sensagent
computado en 0,032s