Publicitad R▼
prikkelbaar
gespannen, kortaangebonden, korzelig, lichtgeraakt, opvliegend, overgevoelig, zenuwachtig
prikkelbaar (adj.)
prikkelbaar (adv./adj.)
fel, -gebakerd, heetgebakerd, heethoofdig, humeurig, lichtgeraakt, opvliegend, warmbloedig
Publicidad ▼
Ver también
prikkelbaar (adv./adj.)
↘ driftkikker, driftkop, gifkikker, heethoofd, heethoofdigheid, lichtgeraaktheid, milt, nervositeit, onbehagen, opvliegendheid, prikkelbaarheid ↗ zich ergeren
prikkelbaar (adj.)
feisty, huffy, thin-skinned, touchy (en)[Similaire]
prikkelbaar (adj.)
boos, boze, kwaad, kwade, ontstoken[Similaire]
prikkelbaar (adj. et adv.)
émotif, agité, pas calme (fr)[Classe]
qui se vexe, s'offense facilement (fr)[Classe]
prompt à se mettre en colère (fr)[Classe]
qualificatif du caractère (fr)[Classe...]
zich ergeren[Qui~]
slechtgehumeurd[Similaire]
prikkelbaar (adv.)
en colère (fr)[Classe]
prikkelbaar (adv.)
en colère (fr)[Classe]
Publicidad ▼
Contenido de sensagent
computado en 0,031s