Publicitad D▼
snoep
snoep (n.)
bonbon, delicatesse, delicatessen, heerlijkheden, heerlijkheid, kandij, kandijsuiker, lekkernij, lekkers, praline, snoepgoed, snoepje, strooigoed, suikergoed, suikerwerk, tractatie, traktatie, versnapering, zoet, zoetigheid, zoetwaren, zuurtje
snoep (n.m.)
balzak, entremets, scrotum, snoepgoed, suikergoed, suikerwerk, tussengerecht, zak
snoepen (v. trans.)
knabbelen, knabbelen aan, knabbelen op, knauwen, oppeuzelen, opsmikkelen, opsmullen, peuzelen
Publicidad ▼
Ver también
snoep (n.)
snoepen (v. trans.)
⇨ Derk Snoep • Ella Snoep • Jongens, meisjes, dieren, landen, snoep • Lange Jan (snoep) • Nuts (snoep) • Pepermunt (snoep) • Quality Street (snoep) • Rolo (snoep) • Toverbal (snoep)
Publicidad ▼
snoep (m. s.)
snoep (m. s.)
snoep (m. s.)
snoepje; traktatie; versnapering; tractatie; lekkers[Classe]
mou (fr)[Caract.]
snoep (n.)
snoep (n.)
snoepje; traktatie; versnapering; tractatie; lekkers[ClasseHyper.]
petite chose (fr)[ClasseParExt.]
snoep (n.)
snoepen (v. tr.)
manger (pour l'humain) (fr)[Classe]
(snoepje; traktatie; versnapering; tractatie; lekkers)[termes liés]
snoepen (v. tr.)
manger peu (fr)[Classe]
eten, maaltijden, opeten, tafelen[Hyper.]
moot - nibbler (en)[Dérivé]
snoepen (v. tr.)
ronger (manger progressivement pour un animal) (fr)[Classe]
saisir et serrer avec les dents (fr)[Classe]
intermittent (fr)[Caract.]
bijten, doorbijten, happen[Hyper.]
nibbler (en) - nibble, nybble (en)[Dérivé]
Wikipedia - ver también
Contenido de sensagent
computado en 0,062s