Publicitad R▼
toevoegen
toevoegen (v.)
aanblaffen, afbekken, afbijten, afblaffen, afkatten, afsnauwen, bijdoen, bijten, bijvoegen, erbij doen, happen, sissen, toebijten, toeblaffen, toesmijten, toesnauwen
Publicidad ▼
Ver también
toevoegen
toevoegen (v.)
↘ adjunct-, adjunkt-, beet, behulpzaam, helpend
Publicidad ▼
toevoegen
garnir (pourvoir qqch de qqch) (fr)[Classe...]
toevoegen
toevoegen (v.)
aanhangen, aankoppelen, bevestigen, hechten, knopen, vasthechten, vastmaken[Hyper.]
toeslag - affixation, attachment (en) - aanhangsel, accessoire, hulpstuk, hulptoestel, toebehoren - aanhanger, aanhangwagen - aanhangsel, aanvulling, addenda, addendum, annexen, appendix, bijblad, bijl., bijlage, N.S., naschrift, P.S., postscriptum, supplement - appendant (en)[Dérivé]
toevoegen (v.)
saisir et serrer avec les dents (fr)[Classe]
faire pénétrer en profondeur (fr)[Classe...]
bijten, doorbijten, happen[Hyper.]
toevoegen (v.)
uitmaken, vormen[Hyper.]
additive (en)[Dérivé]
toevoegen (v.)
mettre auprès de qqch en ajoutant à ce qqch (fr)[ClasseHyper.]
achternalopen[Hyper.]
toeslag[Dérivé]
Contenido de sensagent
computado en 0,063s