Publicitad D▼
Publicidad ▼
Ver también
verdrieten (v. trans.)
↘ beangstigend, melancholie, somberheid, weemoed, zieleleed, zielepijn, zielsleed, zielsverdriet ↗ bedroefdheid, droefenis, droefheid, kommer, leed, pijn, rouw, smart, treurigheid, treurnis, triestheid, verdriet, wee ≠ bedenken, begiftigen, beschenken, verblijden, verheugen
verdrieten (v. tr.)
verdrieten; bedroeven; smarten; treurig maken[Classe]
affliger (fr)[Classe]
faire souffrir (fr)[Classe]
inquiéter (fr)[Classe]
beschamen, van zijn stuk brengen, verlegen maken, verontrusten[Hyper.]
bedroefd, diepbedroefd, droef, droevig, met een gebroken hart, naargeestig, treurig, triest, verdrietig[Rendre+Attrib.]
chagrijn, sacherijn - pain, painfulness (en) - agonie, doodsangst, doodsstrijd, doodstrijd, lijden, pijniging - kwelling, torment, tortuur - kwaad, leed, lijden, pijn, zeer - leed[Dérivé]
afzien, lijden[Cause]
verdrieten (v. tr.)
affliger (fr)[ClasseHyper.]
verdrieten (v. tr.)
verdrieten; bedroeven; smarten; treurig maken[ClasseHyper.]
verdrieten (v. tr.)
Publicidad ▼
Contenido de sensagent
computado en 0,047s